Stolpersteine, of struikelstenen, overal in Nederland duiken ze op. Maandag 13 november, voorafgegaan door een culturele bijeenkomst, werden er twee geplaatst op de Rotterdamse Rozenburglaan, voor Hendrik en Flora Cohen, de grootouders van oud-burgemeester van Amsterdam Job Cohen.

 

De avond is al gevallen als een voornaam gezelschap aankomt op de Rotterdamse Rozenburglaan. Onder hen Job Cohen en burgemeester Ahmed Aboutaleb. Het gezelschap komt uit het stadhuis, waar die middag een bijzondere bijeenkomst heeft plaatsgevonden. Daar werd de twintigste editie van Z-Files, Kunst en de Stad gehouden. De Z staat voor Zadkine, beroemd vanwege zijn beeld ‘De verwoeste stad’, dat uiting geeft aan het leed van het Rotterdamse bombardement in de begindagen van de Tweede Wereldoorlog. De organisatie zet zich in om kunst in de Maasstad naar een hoger plan te tillen. De bijeenkomst heeft ditmaal een Joods karakter. De middag wordt geopend met zang van Ken Gould, onder andere bekend van zijn werk voor Kunst en Israël. De zaal is muisstil en deze opening zet meteen de toon voor de rest van de middag: waardig.

Na Gould betreedt Paul van de Laar het podium. Van de Laar is historicus en directeur van Museum Rotterdam. Hij neemt het publiek mee op een vogelvlucht door de Joodse geschiedenis van Rotterdam. Uit de zaal komen verbaasde geluiden, want Rotterdam blijkt wel degelijk een rijk Joods verleden te hebben, waar weinig gasten zich tot dan toe bewust van waren. Frank van Gelderen, secretaris van Loods 24 en Joods Kindermonument, en Rob Snijders, historicus en oprichter van de website Joods Erfgoed Rotterdam, lichten toe waarom herdenken zo ontzettend belangrijk is. Rob Snijders vertelt dat hij niet alleen de nadruk wil leggen op zij die de oorlog niet hebben overleefd, maar ook op mensen die hun stempel op de stad hebben gedrukt en hebben bijgedragen aan de wederopbouw van Rotterdam. Frank van Gelderen is voornamelijk geïnspireerd door zijn neefjes en nichtje, die niet terug zijn gekomen uit de oorlog. Hij wil de herinnering aan hen en andere slachtoffers in stand houden.

Daarnaast is er bijzondere aandacht voor een nieuw boek van Siebe Thissen: Loeki Metz en het Joods Monument in Rotterdam. Kunstenares Metz ontwierp dit monument vijftig jaar geleden. Het Comité Ereschuld aan Joodse Stadsgenoten probeerde hiermee excuses aan te bieden aan de Joodse inwoners van Rotterdam. Maar de dag nadat het beeld was onthuld bij de synagoge aan het A.B.N. Davidsplein, werd het alweer van de muur gehaald en opgeborgen. Jaren van frustratie volgden, totdat het uiteindelijk in de stadhuistuin geplaatst werd. De zoon van Loeki Metz, Serge, vertelt over die geschiedenis, vanuit het perspectief van zijn moeder.

Verbinding met het heden

 

Daarna gaat het door naar de Rozenburglaan, waar burgemeester Aboutaleb de aanwezigen, en Job Cohen in het bijzonder, toespreekt voordat de struikelstenen worden geplaatst. “Het bijzondere aan een Stolperstein is dat het iets is waar je ook over kunt struikelen. Je moet het zien, en het moet je in één keer iets zeggen: oh ja, daar ging dit over, dat verhaal.” Aboutaleb benadrukt in zijn toespraak het belang van herdenken, juist voor een stad als Rotterdam, waar 11.000 slachtoffers vielen, de stad die zo zwaar beschadigd is door het bombardement.

Er wordt door Aboutaleb een verbinding met het heden gemaakt wanneer hij benadrukt dat de verschrikkingen van de Holocaust weliswaar de wereld uit zijn, “maar dat mensenrechtenschendingen nog steeds plaatsvinden; dat massamoorden nog steeds plaatsvinden. Dat mensen om redenen van politiekgeweld nog steeds uitgehongerd worden, verplaatst worden, verdreven worden, en dat daar waar ooit in Nederland gezegd is ‘nooit meer Auschwitz’ toch in veel landen helaas nog verhalen aan de orde zijn die niet precies hetzelfde zijn, maar er enigszins op lijken. Dat de mensheid blijkbaar snel vergeet en niet altijd eraan denkt de geschiedenis te vertalen naar het heden. Vandaar dat ik het een mooi gebaar vind om bij deze plaatsing van Stolpersteine, op deze plek aanwezig en getuige te zijn; aldus Aboutaleb.

Verborgen in de openheid

Ook Floris Cohen, de broer van Job Cohen, houdt een korte toespraak. Cohen spreekt over de levens van zijn grootouders. Hij benoemt onder andere de Rotterdamse Joodsche Raad, waar zijn grootvader Hendrik Cohen tijdens de oorlog deel van uitmaakte. Hij spreekt over het Joodse groepsgevoel: “Onwankelbare groepsgevoelens, klemvast beleden en beleefde groepsidentiteiten bieden weliswaar geborgenheid, maar alleen naar binnen. Naar buiten komt er strijd van.” Floris Cohen legt, net als burgemeester Aboutaleb, het verband met het heden. Hij staat strategisch opgesteld, met aan zijn ene zijde de eerste moslimburgemeester van Rotterdam en aan de andere zijn broer Job, die de derde Joodse burgemeester van Amsterdam was. Hiermee wil Floris duidelijk maken dat wij tegenwoordig en hopelijk ook in de toekomst zelf uit mogen maken waar we wel en niet bij horen.

De kleine messing struikelstenen, verborgen in de openheid, vertellen de verhalen van slachtoffers uit de Tweede Wereldoorlog, ook op Rozenburglaan nummer 100. De stenen worden gelegd door Ron en Ron, die alle struikelstenen in Rotterdam hebben geplaatst. Zij zijn het vaste team van gemeentewerken Rotterdam, dat zich bezighoudt met het project. Met de recent geplaatste steentjes liggen er 291 in de stad. De struikelstenen worden tegenwoordig met draadeinden en een stuk metaal bevestigd. Dit is noodzakelijk geworden nadat er begin vorig jaar drie gestolen zijn. Maar het plaatsen gaat door, opdat niet wordt vergeten.