De eerste Appels maakte kunstenaar Kees Franse in 1973 in Rotterdam. Voor de Heemraadssingel, waar hij ook zijn woning en atelier had, maakte hij vier uit Kambalahout opgebouwde appels. Het werk was de enige aankoop van de gemeentelijke Commissie Beelden in de Stad. De beeldengroep werd na zijn onthulling al snel door stadsbewoners in het hart gesloten. Franse schilderde tot midden jaren ’60 vooral stadsgezichten. In het begin van de jaren ’70 begon hij met het maken van appels uit segmenten van waaibomenhout, sinaasappelkistjes en sloophout. In de jaren voor zijn dood hield Franse zich bezig met het maken van aquarellen van appels en peren, en houten reliëfs gebaseerd op sierlijsten, waar allerlei appels uit steken. De vier Rotterdamse Appels blijken uit te dagen om op te klimmen, waardoor ze plaatselijk slijtplekken vertoonden. Ook bleken de Appels na veertig jaar onderhevig aan rotting en moest het hout worden vervangen. Dankzij inspanningen van BKOR en een dotatie van het stadsbestuur konden de Appels in 2014 opnieuw worden gemaakt. In Restauratiewerkplaats Schiedam, een bedrijf gespecialiseerd in de restauratie van molens, werden de vier houten Appels op basis van 3D-scans geheel opnieuw vervaardigd.
Kees Franse (Oud Beijerland, 1924 – Rotterdam, 1982) was een Rotterdamse kunstenaar. Hij studeerde van 1944 tot circa 1949 aan de Academie van Beeldende Kunsten en Technische Wetenschappen in Rotterdam. Hij was in 1951 met onder anderen Louis van Roode en Huib Noorlander medeoprichter van de kunstenaarsgroep ‘Argus’, waarmee hij gezamenlijk exposeerde. Hij bekwaamde zich vooral in de schilderkunst, maar maakte ook werk voor de openbare ruimte, waaronder een gekleurd betonreliëf (1962) boven de entree van het huidige Stadsarchief in Rotterdam. Hij had een bijzondere belangstelling voor appels, waarvan hij enorme houten sculpturen maakte. Zijn ‘appels’ staan onder meer in Gorinchem, Amsterdam, Arnhem en Leiden. Beroemd is zijn in 1975 vervaardigde ‘Schiphol-appel’, waarop duizenden reizigers in de loop der jaren hun namen en boodschappen achterlieten, en die in die tijd fungeerde als ontmoetingspunt.
De eerste Appels maakte kunstenaar Kees Franse in 1973 in Rotterdam. Voor de Heemraadssingel, waar hij ook zijn woning en atelier had, maakte hij vier uit Kambalahout opgebouwde appels. Het werk was de enige aankoop van de gemeentelijke Commissie Beelden in de Stad. De beeldengroep werd na zijn onthulling al snel door stadsbewoners in het hart gesloten. Franse schilderde tot midden jaren ’60 vooral stadsgezichten. In het begin van de jaren ’70 begon hij met het maken van appels uit segmenten van waaibomenhout, sinaasappelkistjes en sloophout. In de jaren voor zijn dood hield Franse zich bezig met het maken van aquarellen van appels en peren, en houten reliëfs gebaseerd op sierlijsten, waar allerlei appels uit steken. De vier Rotterdamse Appels blijken uit te dagen om op te klimmen, waardoor ze plaatselijk slijtplekken vertoonden. Ook bleken de Appels na veertig jaar onderhevig aan rotting en moest het hout worden vervangen. Dankzij inspanningen van BKOR en een dotatie van het stadsbestuur konden de Appels in 2014 opnieuw worden gemaakt. In Restauratiewerkplaats Schiedam, een bedrijf gespecialiseerd in de restauratie van molens, werden de vier houten Appels op basis van 3D-scans geheel opnieuw vervaardigd.
Kees Franse (Oud Beijerland, 1924 – Rotterdam, 1982) was een Rotterdamse kunstenaar. Hij studeerde van 1944 tot circa 1949 aan de Academie van Beeldende Kunsten en Technische Wetenschappen in Rotterdam. Hij was in 1951 met onder anderen Louis van Roode en Huib Noorlander medeoprichter van de kunstenaarsgroep ‘Argus’, waarmee hij gezamenlijk exposeerde. Hij bekwaamde zich vooral in de schilderkunst, maar maakte ook werk voor de openbare ruimte, waaronder een gekleurd betonreliëf (1962) boven de entree van het huidige Stadsarchief in Rotterdam. Hij had een bijzondere belangstelling voor appels, waarvan hij enorme houten sculpturen maakte. Zijn ‘appels’ staan onder meer in Gorinchem, Amsterdam, Arnhem en Leiden. Beroemd is zijn in 1975 vervaardigde ‘Schiphol-appel’, waarop duizenden reizigers in de loop der jaren hun namen en boodschappen achterlieten, en die in die tijd fungeerde als ontmoetingspunt.
We use cookies to ensure that we give you the best experience on our website. If you continue to use this site we will assume that you are happy with it.OkNo